► Aa ~ Bb ~ Cc ~ Dd ~ Ee ~ Ff ~ Gg ~ Hh ~ Ii ~ Jj-Kk ~ Ll ~ Mm ~ Nn ~ Oo ~ Pp ~ Qq ~ Rr ~ Ss ~ Tt ~ Uu ~ Vv-Xx-Zz
- - - - - - -
nb: in het latijn wordt de i ook gebruikt voor de j klank
j.c. - juris consultis
J.H.S. - Jesus Hominum Salvator
j.u.b. - juris utriusque bacealaureus
j.u.d. - juris utriusque doctor
j.u.l. - juris utriusque licentiatus
juv. - juvenis
- - - - - - -
jacens in lecto - bedlegerig
jam - reeds, nu, al
janitor - deurwaarder
januarii - van januari
januarius - januari
joannis - van Jan
joculator - grappenmaker, schalk, goochelaar, kunstenmaker
judex - rechter
judicis - van de rechter
jugalis - gemaal, echtgenoot, man
julii - van juli
julius - juli
juncti sunt [matrimonio] - zijn verbonden [in het huwelijk]
junctum - verbonden
junctus - verbonden
jungere - verbinden, verenigen
junii - van juni
junior - de jongere
juniores - de jongeren, de jongere manschapppen
junioris - van de jongere
junius - van juni
junxi - ik heb verbonden [in het huwelijk]
jurator - gezworene, jurylid
jure concilii Tridentini - volgens de rechtsregels van het concilie van Trente
jure devoluto - na het verstrijken van de periode van het [benoemings]recht
juribus - met de rechten, voor de rechten, volgens het recht
juris - van het recht
juris consultus - rechtsgeleerde
juris utriusque baccalaureus - algemene [lagere] academische graad in de beide rechten [burgerlijk en kerkelijk] bezittend
juris utriusque doctor - doctor in de beide rechten [burgerlijk en kerkelijk]
juris utriusque licentiatus - academische graad in de beide rechten [burgerlijk en kerkelijk] bezittend
jus - recht, wet
jus canonicum - kerkelijk recht
jus civile - burgerlijk recht
jus controversum - betwist rechtspunt
jus divinum - goddelijk recht
jus gentium - volkerenrecht
jus humanum - menselijk recht
jus presentationis - recht een kandidaat ter benoeming voor te dragen
jus utendi - gebruiksrecht
justiciarius - baljuw
justitia - rechtvaardigheid, vrouwe gerechtigheid
justitiae satellis - gerechtsbode
juvencula - jong meisje
juvenculus - jonge jongen
juvenis - jongeman, jongeling, vrijgezel
juvenis innuptus - ongetrouwde jongeman
juventa - jeugd
juventus - jeugd
juventutis - van de jeugd
juxta - bij, behorende bij, naast
juxtaformam concilii Tridentini - volgens de voorschriften van het concilie van Trente
- - - - - - -
K - zie onder letter C