[afb. 9221 links:]
ende alzoe den ge(daagde) in desen schepenstoil is hebben(de)
enen broeder Henr(ick) Bolten, enen swager Willem Fassen
sinen neff Baltis, en(de) Jacob Hermans, die vuijt
gericht van(de) ge(daagde) om inder zaken radt en(de) dat te
geuen op geroepen is worden, soo versuickt den
beschudder dat om de selue redenen hij alle
dese voorss is suspecteren(de), versoicken(de) dat den
heere landtscholtis ex offitio andere vuijt-
heimse inde platze van dese viere sal sure-
geren, die welcke tot dien einde bereits alhier
present en(de) dartoe gecittert sijn ./. mit ex-
presse voorbehaldt van eijsch van costen ./.
Gedachden segt diewijl cleger suspectert sijne
macxluiden soo suspectert sich Derijck Coopmans en(de)
Jacob Hermans, soo suspecteert hij insgelijx
des clegers mackelars ./. en(de) alzo die banck
door die suspectatie van Derijck Coopmans
en(de) Cornelis Spee tegenwoordich nijt com-
pleet en is, oijck dat dardoor op huiden in
die sake nijt gewesen en can worden, versuickt
ouersulcx die banck doorden landtscholtis
compleet gemackt te worden.
Cleger gehoort de beschapenheijt der saken
all hoewel sijn gecoren legh luiden nijt
en staen gesuspectert te worden, vuijt reden
[afb. 9221 rechts:]
dien gepermietert, gelicke wel om dat dese
tegenwordigen vier vuijtheimse by den heere
landtscholtis gecitterde schepen(en) alhier sijn in
meinonghe om der zake aefte don en(de) van
partij aduers verledt wordt door het suspecteren
van twee deser schepen(en) en(de) die banck compleet
begert dat ten minsten ouersulcx die costen
van dese vuytheimse schepen(en) als andere van
desen huidigen dagh ten neghsten gerchtsdagh
in t’aefdoen van dese sake sal vuijtgestelt
worden om soe bij ongelick bevonden wordt
deselue te sullen draegen ./.
Kerst Linsen soe voor hem selfs als mede volmech-
tiger van sinen swager Peter Geuskens, erschijnt
hem alhier voor recht tegens Henrick Bolten
en(de) versuickt dat denseluen op huiden gehouden sal
wesen t’exhiberen sine redenen van den aengelachten
com(m)er, om darvan copije genoten ten nasten
darop te doen nar sinen radt #
Henr(ick) Bolten ontkent, en(de) geft hem in recht teijt
in, ouersulcx dat die zake aen d’edele hoff is
aengegeuen,
Gerardt Bolten versuickt copije van huidigen
daghs handelinge ./.
Kerst Linsen gearresteerde tegens Henr(ick) Bolten
arrestant, seght diewil den arrestant nit bereit
en is om sine redenen van arrest te doin ende
[afb. 9222 links:]
ouer acht dagh den ontsat van(de) arrest gedaen heft
dat den arrestant derhaluen volgens landtrechten
sal gecondemneert worden in costen schaden
en(de) die gearresterde goederen van(de) arrest ont-
slaegen mede den arrestant indie brucken en(de)
boiten gecondemnert sal worden, hier ouer
decreet versoicken(de)
Henr(ick) Bolten versuickt vuijtstalt tot ten nasten en(de)
versoickt mede copije van sine tegenpartije dic-
tanis,
Kerst Linsen versuickt jnsgelicx copije ./.
Decreet
Die schepen(en) in zake van Kerst Linsen als oponent
tegens Henr(ick) Bolten, houden t’versocht decreet op
tot den nasten, aldus gedaen den x-en april 1652
[afb. 9222 rechts:]
Gedinge gehalden
den 24-en aprilis 1652
Gerardt Bolten jn persone present tegens Meus Smits
jn q(ualitei)t als by de acte. Jnheren(de) zijne voorige redenen en(de)
principal(icken) den ouergegevenen state van melioratie des goedts
waervan questie, gelyck oyck alle vuijtgaue derhaluen
gedaen, contendert dat den aensette die selue
jn effect gel(icken) dat naer de reformatie behoort te vol-
doen sal gehalden zijn, offte by foute van dijen, dat
hij van zyne aensat en(de) gedaene pretentie sal worden affge-
wesen, mit condemnatie jn allen costen soo desenthaluen
geleden als noch te lyden. Tot claere liquidatie
van allet welcke, hy v(er)sueckt eenen specialen dach gestatu-
eert te worden, om tselue tsy by accordt oft ander-
sins te worden geeyndicht.
Meus Smits als aenlegger en(de) beschudder tegens Gerardt
Bolten opp(onen)t en(de) ged(aagd)e, compareert voor desen eers: gericht, ende by
repetitie, reproduceerende syne antwoordt en(de) declaratie op
den staet en(de) pretense reeckeninge van melioratie en(de) ver-
beteringe, door den opp(onen)t ten leste gerichtsdaghe voorgebracht,
en(de) jn recht ouergegeuen, versuecken(de) den aaenlegger, dat
deselue tegens malcanderen sullen worden geconfronteert,
en(de) de posten, soo liquide sijn en(de) gepasseert worden affdoende,
Ouer d’illiquide by onpartidigen gericht oft richters ten
dijen eynde, bij de heere landtscholtis daertoe gesurrogeert
vuijtwijesens onse landt rechten, naerder jn d’acte geciteert
sullen worden geliquideert en(de) affgedaen, partijen hinc inde scheyden(de)
d’eene totte beschudden goede, en(de) den anderen totte geldt sullen helpen,
protesteren(de) jn allen gevalle van allen costen en(den) schaeden, daeraff
wel expressen eijsch doende, mit dese voorbehalt dat de
opponent gherne meerdere nieuwichijt en sal moghen voorbrengen,
Jedoch den aenleg(g)er jn sulcken cass op soodanige gehoort, sal
deselue ter decisien des goedertierene richter gereserueert laeten
versuecken(de) vuijtspraecke sonder langeren op halden en(de) affdoeninge
der saecken en(de) by contradictie repeteert priorii en(de) persisteert.
[afb. 9223 links:]
Ende jn fal den opponent persisteert by de ongefundierde
suspectering van(de) 2 schepenen, die nu jn dese saecke nijet
als maeckelaers, maer als gerichts persoenen, om die weerde-
ronge van(de) pretense verbeteronge te doen, sijn gebruijcken(de)
geweest, soo sustineert den aenlegger en(de) beschudder,
dat hij alss huijden de selue gerichtelick, ad rotulam ge-
halden sal sijn te doen, en(de) jnfall, neen, versueckt daerouer
als huijden decreet, dat hy daervan versteken sal sijn, en(de)
dat die saecke affgedaen sal worden, Cu(m) expensis.
Den verwerder, repetiert alnoch priora, hem jnt geheel gedencken(de)
te reguleren naer den jnhalt der reformation, naer den jn-
halt van d’welcke den ouergegeuene staet van reckenongen
wel js gefundeert, submitteren(de) hem noch als voor #
Aenspraecke
Henrick Bolten tegens Kerst Linsen, jn q(ualitei)t als bij
d’acten, doceert voor jerst van behoorl(icken) citatie, doorden
gerichtsbode alhyer, gedaen,
Protesteert van sijn speciale comparitie, en(de) exhibeert
twee verscheyden stucken, getekent d’een mit litt: A.
jn dato 1601 den 3 dach des maents maij
daerop oijck wesen(de) den ander bescheijt, de dato duijsent vijf-
hondert negen en(de) taegentich, en(de) d’ander sub litt. B.
onder dato 1598 den 24 augustj
Alles ondertekent by d’eygenhandt van Giel Heijnen
Versueckt alsoo dat ged(aagd)e deselue handt van Giel Heynen
daerop gestelt sal kennen oft ontkennen, om tselue ge-
schiet synde, op het effect van(de) selue bryven, daerop claerl(icken)
v(er)conditioneert, pertinentie conclusie genoemen te worden,
gel(icken) zynen raedt sal gedraegen,
Versuecken(de) alsoo deselue originelen by den landtschryver te
worden affgeschreuen, en(de) hem gerestitueert, om e(tceter)a
maecken(de) mede eysch van costen,
[afb. 9223 rechts:]
Kerst Linssen als volm(echtige)r van Peter Geuskens, erschynen(de)
tegens Henrick Bolten, v(er)sueckt copye der aenspraken
en(de) exhibitien, om e(tceter)a
#
Meus Smits, jn zyn sake tegens Gerardt Bolten, gehoort hebben(de)
die submissie desselfs, sal tgene daerbij gestelt, zijnen
raede voolbrengen, om te besien, oft zij partijen eenen dach van
accordt sullen aenstellen, om malcanderen te v(er)hooren.
Doch allet jngeval van geene accordt, dat zij partijen alsdan
eenyder onverwyl jn recht sullen mogen voorts vaeren ten naest
volgen(de) gerichtdaghen
De voorss Meuss v(er)sueckt copy dels huydiges handelen,
Gedinge gehalden
de 5-en junij 1652.
Meus Smits aenlegger tegens Gerardt Bolten, opp(onen)t jn q(ualtitei)t
als in actis erschynt voor desen eers: gericht, en(de) by repetitie van
het voorige gesustineerde en(de) respectiue submissie gel(icken) jn actis
signantel(icken) die van(de) gerichtsdaghe, den 11-en aprilis, waerbij partijen den
heeren landtscholtis, v(er)socht hebben, om de bancke by onpartydige
schepenen te becleeden en(de) compleet te maken. Dat nu aengesien
deselue partijen, haer onderlingen jmmiddel(icken) wegen haeren geschil en(de)
questie, nijet en hebben connen liquideren, principal(icken) noopen(de) den punct
offt den coopere dess erffs jn questie, gefundeert soude wesen,
te mogen eyschen jnteresse der cooppenn(ingen) van(de) tijde des coops,
sonder dat hy daertegens pertinenten staet en(de) rekeninge gehouden
soude wesen te doen van(de) genot en(de) jncompsten der selue goederen,
oft wel, dat deselue gepretendeerde jnteresse tegens soo daenigen
genot als vooren, behoorde gecompenseert te worden,
En(de) gemerckt op desen geschille partijen noch ter tijt nijet en zijn
geslicht, en(de) gelyck voors v(er)haelt, derhalue haer gesubmitteert
hebben, volgens landtrechten, naerder bij den acten geciteert, dat de
bancke, by vuijtheymsche schepenen soude gesuppleert worden, en(de) ten
[afb. 9224 links:]
dijen eijnde, de heere landscholtis vuijtheymse schepenen ex
officio heeft gesurrogeert, dat ommers op huijden by deselue
de saecke meergesien en(de) aff gedaen sal worden,
Ofte andersins protesten den aenlegger en(de) beschudder, wel
expresse van onnoodige dilaij, costen en(de) van rechts weygeringe,
Gerardt Bolten jn persone present e(t) contra. Aenge-
hoort hebben(de) het voordraegh by de pretensen cleger op huyden
ad prothocolle gedicteert, tot debat en(de) verandtwoorden
derselue, segt t’gene volgt,
Jnden 1-en dat den 13 martij lestleden, opt gene dat den cleger
den ged(aagd)e jn recht hadde beroepen, by den seluen ged(aagd)e al-
sulcken beschudt is aengenoemen worden, by de limitatie(n) en(de)
conditien daerby aengetoegen, en(de) anders nijet,
Ten 2-en dat den cleger naer allen rechten, alsulcke clausule
en(de) reseruen jn effect en(de) mitter daet, tot volstandicheijt
van een beschudt gehalden is te voltrecken.
Alsoo ten 3-en dat den cleger seer qualick verstaet, dat hij
eenige andere nieuter [= nieuwe] questie, soude gemoneert worden, aeengaen(de)
die liquidatie van(de) jncompste tegens de pensioen, dewelcke ter
werelt jn geene propost en compt.
Dan ten 4-en van die equiteijt van(de) selue melioratie jn effect te
judiceren, moet geconsidereerd worden, den staet der aen-
coope van t’goedt hyer gementioneert, en(de) den staete waer
mede tselue goedt tegenwoordich becleedt js,
Jn vuegen de 5-en dat by aldijen den cleger nijet en soude willen
toestaen, tselue mitter daet dergestalt goet te doen
hij ged(aagd)e mits desen protesteert, van den cleger ter werelt
geene beschudt te kennen, gelyck hy naerder hijer naermaals
sal weten te deduceren, daertoe nijet te zijn ontfanckelicken
Om welcke deductie te doen hy copij versoeckt van allen
acten, mit expresse protestatie van jn zijn recht messige
defensie nijet te worden geprecipiteert.
Synde tot 7-en te seer prematuer dat den cleger ouer dese
questie pretensel(icken) decisie versueckt, aengesien hy prote-
steert dat de sake daertoe geensins en is gedespeneert
en dat die selue sake voor die schepenen van desen eers: gericht
formel(icken) can gededuceert, en(de) ten staet van ten diffinitijff ge-
wesen te worden, gebrocht en(de) gestelt can worden, sonder
dat soe vroech de vuijtheymse schepenen vannooden sijn,
[afb. 9224 rechts:]
Protesterende meer wel expressel(icken) van die voorder extravaganten
en(de) ter saken principael jmpertinente questien diewelcke
den cleger buijten propost, jn desen gedencken bij te vuegen.
Concluderen(de) daerom alnoch ten eynde de sake mit behoorl(icken) ter-
mijnen van rechten sal worden gededuceert en(de) daerby dat ten pretensen
cleger jn zijn beschudt, verclaert sal worden, ongefondeert, mit
refusie van costen
En(de) oft vnverhopentl(icken) die vuijt heymse schepenen hijer jn
oft ergens too, buyten die constitutie der saecken, tot sijns
ged(aagd)en eenige prejuditie mochten worden gebruyckt oft jnt
werck gestelt, protesteert van jncompetentie derseluen
en(de) van nulliteyt van allet gene by deselue gedaen en(de) geordon-
neert sal zijn, sustineren(de) mede dat hem de v(er)sochte copije,
als vooren sal worden verleent
Meus Smits aenl(egge)r debatteren(de) by jmpertinentie en(de) ongefon-
deerthijet jn genere, t’gene van zijden der opp(onen)ten js gesustineert
worden, by dese redenen jn specie,
dat jnden 1-en, jn quartro(m) pro den aenl(egge)r js accepteren(de) de sustinue des
1-en ar(tike)ls, van(de) opp(onen)t.
Den 2-en refereert den cleger hem totten acten en(de) sustineert daermede
te bewijsen, dat tot volcomentheyt des beschudts en(de) aencleuen van dijen,
hij hem gedraegen heeft, tot de restrictie van onse landtrechten,
Opten 3-en dat den opp(onen)t selfs sijnen staet, van liquidatie soo binnen als
buijten rechten, den aenleg(ge)re heeft gepresenteert, en(de) mit der daet oyck
rechtel(icken) daerop geandtwoordt is worden, liquid van jlliquid, onderscheyden,
waer d’eene geconsenteert en(de) het andere aen t’seggen van goede mannen
hun der v(er)staende, js geremitteert, al volgens landtrechten [...]
daertoe restringeren(de) en(de) vuijtwysens der rollen.
Den 4-en wordt bij de deductie van(de) 3-en jn d’antwoordt gestelden ar(tike)le
mede voldaen, en(de) van dat den seluen jlliquid js, soo wordt sulx
gerefereert, gelyck allentoos gedaen, tot het erkennen hijerouer van
mannen hun des vorstaen(de), volgens landtrechten,
Den 5-en segt jmpertinent en(de) tot geenen propost te con(n)en, als mede den
6-en, door dijen, dat alwaer submissie js, geene leetweesen of
repentantie en can laetse grijpen, per regulam quod semel
placuit, verwijsen sulx by d’acten en(de) prothocolle van(de) iv-en april
den 7-en segt te wesen al te seer jmpertinent, mits de voorss submissie
jn verbis, als een eers: gericht naerder by d’acten van v(oor)ss gerichtsdach
sal belieuen te hersien, welck vm cortheyts saluen hijer vuijt gel[...] wordt,
[afb. 9225 links:]
nochtans dat den ged(aagd)en doenmaelen v(er)socht heeft doer den
landtscholtis de bancke compleeet gemaeckt te worden,
Bewijsen(de) daermede, dat de sustinue des opp(onen)ts op huijden
gedaen, meer en zijn ydele vuijtfluchten, dijenen(de) van den beschudder
te matteren, waervan wel expresse geprotesteert wordt
den 8-en mit van gelycken alloij als vooren verhaelt
redargueren(de) van jmpertinentie,
Gelyck oyck den 9-en die respectiue der saken jnt geringsten
nijet eyderen, en(de) selff geheel buijten propost alhyer worden
geappliceert,
Redargueren(de) derhaluen de conclusie, en(de) geensins permitteren(de)
de v(er)sochte copije. Concludert den aenle(gge)r daerentegens
gelyck meermaelen aen zyner zyden jnder sake, geconcludeert en(de)
gecontendeert is worden, Mit wel expressen eysch van costen,
sonder prejudicie van al welcke conclusie, versueckt den
aanl(egge)r nochmaels dat vuijt cracht der ged(aagd)en reele submissie
den huydigen gerichtsdaghe op des selfs eygen versueck als
vooren, dat de bancke by onpartydige soude compleeet ge-
maeckt worden, Deseluige vuijtheymse schepenen ver-
mogens reformatie, jn stede van mannen hun des verstaen
den staet van melioratie meer ervinden jn allen eyniteijt
tusschen partijen collitiganten, sullen affdoen en(de) liquideren
Ten dyen eynde den ged(aagd)e sal hebben t exhiberen zynen staet soo hij
leste keer, om copije daervuijt te genijeten van des clegers
antwordt jn margine gestelt /: soo deselue bereyts nijet
en is jn gerichts handen gestelt :/ om vermogens deselue tot haere
jnstructie te mogen sien, tgene liquid en(de) jlliquid is,
En(de) alsoo vermets daer jn recht te doen naer behooren.
Dijenen(de) mede daertoe, bij te vuegen dat die vijfftich guldens
off ongeverl(icken) min off meer, soo van gewin, gerichts oft dergel(icken)
costen, by de opp(onen)t jn zynen ouergegeuen staet gepretendeert zijn
worden, door Theus Floorkens, gerefondeert sijn worden,
Alsoo dat dieseluige moeten dijenen tot betalinge opten voorss
state.
Versueckt derhaluen den aanl(egge)r, vuijt redenen als voor affdoeninge
der saken, protesteren(de) andersins, van onnoodigen ophalden en(de) rechts-
weijgeringe - Jn allen gevallen, submitterd sich den aanleg(g)er tot
het erkennen hijer ouer, van een eers: onpartydich gericht en(de) ver-
sueckt decreet.
[afb. 9225 rechts:]
De ged(aagd)e Bouten, accepteert het posterior dicteren des cle-
gers, jn plaets van replyck.
T’tweede punct oft post daer by gestelt expressel(icken) ontkennen(de),
en(de) sonder geensins te willen wycken van sijne gedaene protestatien,
van nijet te worden geprecipiteert, nulliteijt en(de) andersins
versueckt van tselue, gelyck oijck van tvoorgaen(de) copije, om
daertegens te dijenen van duplyck versuecken(de) dat hem
deselue copije ten sulcken eijnde by t’gericht sal worden geaccor-
deert, sonder geensins te willen consenteren, daerbevoorens
voorder jn die sake te worden geprocedert oft geordonneert.
Den aanleg(ge)r, segt wel expressel(icken) daertegens te protesteren,
en(de) sustineert dat den op(ponen)t geene copije en can volgen, als
sulx te spade v(er)socht, en(de) eerder hadde behooren te geschieden,
bevooren sijn submissie jn syn eygen selfs versoeck tot accom-
plissement en(de) surrogatie, van onpartydige schepenen, vt in actis.
Allet welck ten aensien van tvoorge versueck des ged(aagd)en nijet en
can geschieden sonder merckel(icken) prejuditie en(de) naedeel des clegers,
waertoe hy geensins en gestaet te condescenderen, bevooren alle
costen en(de) schaeden sijn gerefondeert, andersins persisteert by zijn(de)
voorigen versoeck. Ouereencomen(de) mitten versucek des ged(aagd)en,
van(de) gerichtsdach hyer vooren geciteert, Totten welcken hem
refereert, versueckt en(de) persisteert nochmalen alsvooren
mit gewoonl(icken) protestatien en(de) jmploratien e(tceter)a
Den ged(aagd)en betoonen(de), dat hem de v(er)sochte copije nijet en can
worden affgeslagen, refereert hem totte reformatie, pag. 320
n(ummer)o 1e.
Die aanl(egge)r redargueert desen text, by guede explicatie,
Kerst Linssen ged(aagd)en, voor hem en(de) syne consorten tegens Henrick
Bolten aenl(egge)r en(de) arrestant, erschijnt voor recht en(de) geeft
ouer schriftuere van antwoordt, Contenderen(de) als daerby mit
expressen versueck, dat al vooren, partij aduers, wijders jn recht jn-
gelaten sal worden, sal hebben te refonderen, de costen ter causen van qua-
lick geappliceerden arrest oft com(m)er in de goederen
getekent K. Linss(en)
Henrick Bolten versueckt copy der exhibitien van daerop te repliceren oft ander-
sins, refenen(de) oijck de costen te refonderen
[afb. 9226 links:]
Ordonnan(tien),
Die schepenen des gerichts Bree, jn sake van Meus Smits
aenlegger eener, en(de) Gerardt Bouten opp(onen)t, anderer zijden,
Gesien de handelingen en(de) acten ten beyden zijden opten prothocolle
gebrocht en(de) bevonden dat daer jn versocht js, om van den
eersam onpartydich gericht, ouer der partijen beyder zijdts dictaten
gedecreteert te worden, remitteren de sake aen(de) vuijtheijmse
vngesuspecteerde gesurrogeerde schepenen, om ouer de ver-
sochte decreten te ordonneren en(de) te wyesen, actum de 5 junij 1652
Ordonnan(tien),
Die vier vnpartydige vuijtheymse gesurrogeerde schepenen
der gerichten van Baerlo en(de) Blerick, jnde sake van Meus
Smits aenlegger eener, en(de) Gerardt Bolten oppon(en)t andere zijden,
Gesien, dat op huijden, de schepenen tot Bree, hun jnde selue
sake partijdich gehouden hebben(de), om ouer de versochte decreten en(de)
handelingen te wyesen, de saecke aen(de) vuijtheymse ongesuspec-
teerde, gesurrogeerde schepenen geremitteert hebben.
Verclaeren en(de) kennen hun nijet sterck genoech te zijn, jnde sake
en(de) versuecke der partijen te wijesen, Ordonneren dat
de partijen aen(de) landtscholtis sullen mogen aenhouden en(de) ver-
suecken de bancke alnoch beneffens hun, mit noch drije
andere onpartidige schepenen compleet gemaeckt te worden,
om daermee gewesen te worden, naer rechts behooren.
Actum den 5-en junij a(nn)o 1652
Den cleger gehoort de respectiue decreten, hem naer jnhalt deselue
reguleren(de), versueckt van zijner syden, voor soo veel hem sulx aengaet
dat den h. landtscholtis ex officio de bancke sal completeren, tegens
den jersten volgen(de) gerichtsdach. Alles conform der gegeuene decreten
Gedinge gehalden
den 3-en julij 1652
Meuss Smits aenleg(g)er tegens Gerardt Bolten verwerder
jn conformiteyt van(de) jongsten voorgangenen decreet,
compareren(de) voor desen eers: gericht. Versueckt dat den
heere landtscholtis, gedyent sal zijn, de gesurrogeerde vuijt-
heymse schepenen, jnt werck te stellen, om op huijden sonder
eenich langer dilaij, de saecke aff te doen, en(de) final(icken) daerjnne
te ordonneren, op ijder post jnt besonder, by den staet, en(de)
antwoordt, door respectiue partijen jngedijent aengetogen
ooghmerck nemen(de), dese merckel(icken) consideratie, dat den beschudt js
aengenoemen, daerop de penn(ingen) jn deposito, en(de) sequester geleijt.
[afb. 9226 rechts:]
Jtem, dat alleen questie valt, ouer het genot, der questieusen
beschudden goede, tegens den jnteresse der cooppenn(ingen), waerouer
vermogens stadt en(de) landtrechten, jn actis geciteert, men sich
wel gerefereert houden, aen tseggen van desen gesurrogeerde vnpar-
tydigen gerichte – en(de) dat allet selue nijet eerder vnder-
linge en heeft connen geassopieert oft geslicht worden, js by puren
verweygeren(de) en(de) ophalden, des verwerders, daerom(m)e(n) jnt affdoen
der saecken; ten aensien van costen, hijer jn behoort v(oo)rsien te worden,
als naer rechts behooren. Waeraff wel expressen eysch
doende o(m) e(tceter)a.
Gerardt Bolten jn persone present, protesteren(de) van syne en(de) zijnes
procureurs speciale compareur, ontkennen(de) het geallegeerde ex
aduerso. Segt geensins te willen consenteren, dat die saecke,
/: de welcke noch geensins jn termijn oft jn staet van wijsen gestelt
en is :/ by vuijtheymse vergaderde schepenen, sal worden affgedaen,
En(de) aengesien dat dese justitie jnt geheel, gesuspecteert js,
contendeert, dat die sake, aen thoftgericht van Kessel, off een
ander onpartydich gericht sal worden toe gewesen, om voor tselue
jndie selue by behoorl(icken) termijn geprocedeert te worden naer be-
hoorens. En(de) alsoe die selue sake, daervoor tot den staet
van wysen gebrocht zijnde, te mogen gewesen worden, naer meriten
der saecke. Exhiberen(de) jn allen gevalle, sonder prejudicie
van tvoorgaen(de) verbael by geschrift, concluderen(de) gelyck
daerbij. Versuecken(de) ouer al te worden gedecreteert.
getekent Verb(rocht). Bolt(en)
Nijet te min v(er)suecken(de) de personele comparitie van(de) beschudder
Meuss Smits, oft anders behoorl(icken) volmacht, op pene der
cassatien der retraecten.
Meus Smits, doceren(de) van speciale volmacht op zijnen vader, Peeter
Smits, debatteert by jmpertinentie en(de) ongefondeertheijt de
sustinue by partye aduers gedaen. Als ten aensien, van(de) v(er)suecke
van renvoij tot den hooft of ander onpartydige gerichten, jn desen
quartieren onpracticabel. Ten were, by forme van reuisie
waertoe dese sake noch nijet en is gedisponeert. Albevooren daer
teN diffenitijff vonnisseN ergangen Js.
Oijck soo compt dese sustinue gans vrempt, ter wylen datter
blyckt by d’acten, voluntiere submissie, en(de) specialen versueck
tot onpartydige schepenen, by de welcken dese sake affgedaen soude worden.
[afb. 9227 links:]
Al twelck ten lesten gerichtsdage wydtloopiger en(de) naerder js
worden ger[...]ert, en(de) tot corroboratie van dijen, by desen eers:
gericht: luydt haeren cleernisse, die gesurrogeerde en(de) onpartydige
schepenen, plaetsen gemaeckt, en(de) haer de sake gesubmitteert
Dewelcke, oijck bevinden(de) de sake alsoe geschapen, partijen
beyder syden, by haeren decreet belast hebben, by den heeren landt-
scholtis aentehalden, tot accomplissement van desen schepen
stoel, om den seluen naerder mit vuijtheymse te becleeden.
Mits al welcke redenen sustineert nochmaels den voorss aenl(egge)r
dat den versueck des verwerders geheel is jnpertinent, en(de)
alleen is streckende tot puren dilaij, seer prejudiciens en(de)
naedeelich aen(de) aenlegger. Terwylen hy moet missen zijne
penn(ingen) dewelcke staen, jn deposito, en(de) daerentegens, nijet en
can genijeten het beschudde goedt. Daernochtans het beschudt
aff is aengenoemen, en(de) questie valt, op eene simpele con-
sideratie, volgens onse landtrechten onderworpen, tot het seggen van
goede mannen hun des verstaen(de), pag: 158. n(umer)o 7e
Oft het genot, van het goedt jn questie, nijet en sal con(n)en
te smilten, tegens den jnterest van(de) pen(nin)g(en),
Persisteren(de) daerom nochmaelen als vooren, en(de) om te eui[c]teren meer
doren onheijl, van(de) vruchten, soe vuijt cracht des beschudts, vermo-
gens de reformatie, pag: 160. a(rticul)o 5o hem toe comen(de), dewelcken
by soodanige dilaijen, den aenleggeren, lichtel(icken) daeraff souden con(n)en
gefrustreert worden, stelt daerom allen t voorss van het er-
kennen van een eers: gericht, die dese sake en(de) den jngedynden acten
en(de) actitaten, sullen gelieuen naer te sien, en(de) naer gelegetheyt mede
oyck conform onse refor: pag: 160. a(rticul)o 7o /: wijlen den beschudt
bekent en(de) aengenoemen js :/ de sake final(icken) sullen affdoen, en(de) den
aenleg(ger)en, jn het voorss beschudde goedt, gueden en(de) ertien, opdat
die submissie des verwerders nijet jnfructueus, en(de) het gewijs-
dom of decreten der schepenen nijet en sijn jllusoir: Jn allen
gevalle protesteert, van onnoodige dilaij en(de) ophalden. En(de) ver-
sueckt nochmaelen als voor, affdoeningen der saecken.
Den verwerder Gerardt Bolten gehoort hebben(de) het wydtloopich verbael
aen zyde der clegeren geproponert, ontkennenen(de) tselue, van punct tot
[afb. 9227 rechts:]
punct, gelyck gestelt wordt, segt geensins te willen desisteren
van(de) v(er)cochte renvoy aent hooft oft onpartydich gericht,
sijnde notoir rechtens, daer soe wanneer den onder gericht partial
oft suspect js, die jndicatuer der saken, waerom tselue gesuspec-
teert is, d’ouer gericht toe staet. Jngevolgh van twelcke
die acten con(n)en affgeschreuen worden, en(de) de sake voorders gelyck
behoort voor tselue gededuceert, sonder dat vermooden is,
partyen voorders extraordinarie costen aen te doen, mit vuijt-
heijmse vergaderde schepenen, Jn welcke judicature hy wederom
nijet en consenteert, versuecken(de) tselue punct prejudicieel
vooral te worden affgedaen, sonder dat eenichsins, die saecke
principael sal worden, geimbrasseert [= omhelst], dewelcke noch jn termijn,
noch jn state van wysen gel(icken) voorseijt, wydt oft breet eijnsgecom(m)en,
oft gestelt waervan hy protesteert, sustinereren daerom(m)me
jn sijn gebeurl(icken) defensie en behoort te worden precipiteert.
Belangen(de) de meerrest, reserueert jn zyn termijn en(de) tijt daerop te
seggen, t’gene rechtens en(de) raedtsaem is.
Den aenleg(g)er betoonen(de), dat het aengeuen des verwerd(er)s, geheel vrempt
is, alleenl(icken) strecken(de) tot pure vuijtfluchten, om dat den oogst en(de) de
vacantie js naecken(de), deduceert voor ierst, en(de) stelt een dach gericht
voor ooghen, den beschudt essentieel, d’aennemingen desselfs, de
voluntaire submissie der vuijtheymse schepen(en) d’aenneminge by desen
gericht der selue vuijtheymser schepen(en). En(de) tot confusie van het
allegeren ex aduerso, dat de sake nijet en soude wesen in state, betoont
ter contrarien, bij redenen v(oor)ss, dat deselue js, meer als jn state, door
dien oyck, dat by partye aduers jn recht is gedijent van pertinenten
state by forme van eijsch, daer op bij den beschudder oyck perti-
nentel(icken) js geantwoordt, ten vermogens de alle ten lesten
gerichts dage, het dictamen, van zyden des aanl(egge)rs gedaen, opentl(icken) voor
replyck van syden party aduers is aengenoemden worden, waerdoor allen
naerderen vuijtfluchten moeten com(m)en te cesseren, en(de) ten leste des verwerders
moet com(m)en op huijden te dupliceren, by soe verne hy v(er)meynt de sake
jn foute nijet volcom(m)entl(icken) te wesen, oft moet daer aff verseken
worden. Nijet doen(de), ten dyen regarde het exhiberen op huijden ex aduerso
van sekere schriftel(icken) comparitie, dewelcke alhyer wel exprese als
ongequalificeert, by behoorl(icken) titule refor: 320 a(rticul)o 1o en(de) naederen
placaet van(de) eers. houe, den h. landtscholtis enemel(icken) worden gereiecteert.
[afb. 9228 links:]
allet welcke tot confusie des verw(erde)rs een eers: gericht alhijer
wordt voor ooghen gestelt, jnt gevolgh van twelcke condisien
doet, totten versueckt des verwerd(er)s, om dese sake naer gesien te
worden, en(de) desen debat sal affgedaen worden, naer exigentie en(de)
rechts behooren mit protestatie van(de) costen en(de) schaeden,
Den verwerd(e)r segt dat belangen(de), die geallegeerde intitulatie
die selue alleen te verstaen is van hooft schiftueren en(de) anders
nijet, daerby nijet verboden, die comparitie by verbael schriftel(icken)
te doen. De meerrrest dat van dinge, soude behooren by
den verw(erde)r te worden gedupliceert. Segt dat by de rolle van
de lester te vinden sal sijn, dat hy copy der seluer rollen
v(er)socht heeft, tot sulcken eynde, dewelcke hem by den cleger is
worden affgeslagen. Alsoo dat daerouer tselue, tot decreet is
gestelt, offt hem deselue copije soude worden geaccordert
oft nijet. Twelcke tot noch toe nijet en is geschiet,
asloe dat die foute van tselue decreet, of accordt van(de) selue
copije, hem nijet en behoort schaedelick te sijn. Accepteren(de)
nochtans, voor soo veel resulteert, en(de) by den cleger bekant wordt
dat geene sake jn state van wysen en is gestelt of gesloten, ten
sye daerjnne sije gedupliceert, dwelcke by den verw(erde)r nae
ontfangene copije wordt gereserueert.
Soo moet volgen en(de) bekent worden, dat versueck der clegeren ter
saeke principael te seer is prematuer, om die selue diffinitiuel(icken)
aff te doen. De meerrest by ontkennen en(de) ongefondeertheyt
reijceren(de), persisteren(de) by zyne geexhibeerde verbael.
Contendeert dat voor al opden renvoy en(de) v(er)sochte copije sal worden
geordonneert, mit jniunctie aen(de) cleger den eedt de saluatie te doen.
Den aenleg(g)er ophet allegeren des verw(eerde)rs, wegen syne excuse van
nijet gedupliceert te hebben, gedraeght sich, aen(de) rolle van(de) lesten
gerichtsdage, waerbij naerdere redenen, geallegeert en(de) te vinden,
waerom een eers: gericht, gemoueert is geweest, van aen den verwerder
nijet toe te staen, sijne als doen als nu oijck iterative versochte
copije ende wilde al tselue van cortheyts wille alhyer voor ge-
repeteert houden, op t’versoek van renvoij emploijeert der aenl(egge)r en(de)
[afb. 9228 rechts:]
persisteert, bij syne voorige geallegeerde redenen, oijck en can
deselue nijet gepretendeert worden, sonder voorige erstadingen, van
alle costen, en(de) dat de vruchten, often soe wel als de penn(inge)n, jn
sequester behooren gestelt te worden.
Belangen(de) de jntitulatie der pretense comparitien, refereert hem den
aanl(egge)r, tot den voorigen geciteerden placaet en(de) reformatie – en(de)
neempt aen, den eedt van calu(m)nie te presteren, soo partye aduers
hem vergont, dien door zijne volmacht mocht geschieden, ofte ander-
sins tijt en(de) stonden, dat den principalen personel(icken) sal present wesen,
Mit sulcke reserue, dat jn gelycker vuegen, naer dat den aenl(egge)r, jerste
sal hebben voldaen, de seluen eede van geteerde, oijck sal hebben te sweeren,
repeteren(de) persisteert.
Den verw(erde)r, sustineert de v(er)sochte sequestratie jn desen geene plaetse
te hebben, de meerrest accpeteren(de) en(de) passeren(de) jn quantu(m) pro
naer staet der reformation,
Henrick Bolten cleger present, erschynt hem tegens Kerst Lenssen
qual(ita)te q(u)a ged(aagd)e, exhibeert replyck, concluderen(de) wije daerbij
getekent, repl(yck) H. Bol(ten)
Kerst Lensen e[t] contra erschynen(de), versueckt copij en(de) termijn om e(tceter)a
Vonnisse
Die twee schepenen des gerichts Baerlo, en(de) twee schepenen des gerichts
Blerick, mitgaders drije schepenen des gerichts Seuenu(m). Als vuijt-
heijms en(de) onpartijdich, specialicken alhijer jnt gerichte tot Bree gesurrogeert
om te wijesen en(de) de liquidatien te maecken. Jnde saecke van Meus Smits
aenlegger en(de) beschudder eener, en(de) Gerardt Bolten verwerder en(de) opponent
andere zijden, Gesien des aanleggers aensprake, en(de) des opp(onen)ten ac-
ceptatie des beschudts jn questie, onder conditie, daerby gestelt opte
rolle van(de) 13 martij lestleden, en(de) dijenvolgenss oyck des voorss accep-
tanten state van zijne rekenonge en(de) pretentie van vuijtlaghen en(de) melioratien,
en(de) daartegens des beschudders antwoort opte posten en(de) ar(ticu)l(e)n des vuer
gegeuene rekenongen ouermerckt, en(de) sonderlinge geleth opdie jlliquide
posten, en(de) voorts alle acten en(de) actitaten jnden vervolgh van(de) processe
ten beijden syden gedijent, en(de) opte rollen des gerichts gebracht zijn(de) naer ge-
sien. Jerstel(icken) affslaen(de) des verwerders versoeck van(de) copije der rollen,
en(de) van(de) v(er)sochte renvoije aen(de) hooftgericht en(de) den voorgen(oemde) aenlegger
[afb. 9229 links:]
Jn zijn beschudt gefondeert, en(de) den verwerder jn zijn oppositie
nijet ontfanckelick houden(de). Daerom(m)e naer hunner bester
kennisse jn consideratien genoemen, en(de) tgene by den beschudder
jlliquid gehouden en(de) nijet gepasseert en worde, geliquideert
en(de) gemodereert hebben(de). Verclaren de jngebrochte reke-
nonge, en(de) antwoort daerouer gedaen, geliquideert en(de) ge-
modereert te hebben, voor gewijsdom jn de saecke
Te weeten, dat aenlegger en(de) opponent, sullen gehalden zijn,
hun te reguleren naer jnhalt van(de) jersten, drijden, vierden,
vijffden, sesten, seuenden, achten, negenden, thijenden, elfften,
en(de) twalftten posten en(de) ar(ticu)l(e)n van aenleggers jngedijende
antwoordt ouer verwerders jngedyende rekenongen gedaen,
wije oock naer jnhalt van(de) tweeden post, voor soo veel de
rycxdalleren aengaen(de) js, en(de) jnsgelycken oyck naer jnhalt
des derthyenden poste, en(de) voor soo vele de drije leste
posten bij den verwerder jngestelt, aengaen, sullen partijen
ten beyden zijden, sich hebben te reguleren, nae jnhalt jn aenleggers
antwort geposeert. Condemneren(de) den verwerdere opponent,
jn de costen ter saecken van dese proceduere aengewandt,
Aldus gedaen tot Bree, den dryden dach julij a(nn)o xvjc twee
en(de) vijfftich.
Gedinge gehalden
den 17-en julij 1652
Meuss Smits, aenlegger en(de) triumphant tegens Gerardt Bolten
verwerder en(de) suc[cu]mbert geeft vuit req(ues)t ad diminuende
mit bygevoechde declaratie van costen, versuecken(de) daerop apillen(de)
getekent Req(ues)te M. Smitz
Kerst Lenssen ged(aagd)e, contra Hendrick Bolten cleger en(de) arrest(an)t
erschynen(de), dijent van duplijcke, sustineert en(de) contendeert als bij de
selue, getekent Dupl(yck). K. L.
Hendrick Bolten erschijnen(de) e(t) contra, v(er)sueckt copije om e(tceter)a
Depost den v(oor)ss ged(aagd)e, nijet tegenstaen(de) het versuecke van copie,
soo wydt hy hem gelijck well geremitteert hebben, tot onse stadt en(de)
landtrechten, dicteren(de), dat soo wanneer van duplijck js gedijent
de sake gehouden wordt voor gesloten, jnsulcken gevolgh, v(er)sueckt
den ged(aagd)en q(ualita)te q(u)a jnder saken recht gedaen te worden naer behooren, en(de)
sonder preiudicie dat eerst den aenleg(ge)r, hem sal hebben te expurgeren
by de eede de calu(m)nie, vermaech onse landtrechten daertoe geco(n)notiert
waer toe t’expresse wordt om aengehaleden.
Hendrick Bolten v(er)sueckt copye myten naesten toedien dat synen raede gedraegen sal,
[afb. 9229 rechts:]
Den ged(aagd)e seght jteratiue te v(er)suecken den v(er)sochte eedt, van gefeerdt
en(de) jn cass van v(er)weygeringe, sustineert en(de) contendeert tot alsulcken
eijnde, en(de) profijt als by de reformatie, dijenaentigen(de) naerder staet
gecitert, waertoe men sich js refereren(de), en(de) tot daeraen aft-
slaende het v(er)sueck van copije
Hendrick Bolten present, heeft den v(er)sochte eedt de calu(m)nia, Jn forme
gepresenteert. En(de) dijenvolgens v(er)sueckt jnsgel(icken) van(de)
ged(aagd)en den eedt de calu(m)nia gepresteert te worden.
Volgen(de) tvoorg(enoemd)e v(er)sueck, heeft den voorg(enoemd)en ged(aagd)en jnsgel(icken) den eedt van calu(m)nia
js forme gepasseert.
Gedinge gehalden
den 20-en nouem(ber) 1652
Kerst Lenssen ged(aagd)e eener en(de) Hendrick Bolten cleger andere zijden,
compareren(de), voor een eers: gericht, geuen te kennen dat hunne
sake ware staende, op hope van accordt, welcke zy partijen
ten beyden zyden aennemen mits desen, om tusschen dit en(de) ten naesten
genachten te v(er)suecken, off zij hunne sake connen v(er)accorderen.
Alsoo onvercort een ijder zijns goeden rechten, dese saek tot daer
toe wordt opgehouden.
Gedinge gehalden
den 4-en decemb(er) 1652
[niets vermeld]
Gedinge gehalden
den 5-en martij 1653
Jo(nke)r Haiften door zynen volm(achtige)r, dewelcke van zyne speciale comparatie prote-
steert tegens Gysbert Gijesen gecomd(emneer)de, jngevolgh der sententien con-
demnatoir tot last der ged(aagd)en opden 19 julij 1651 gepro[….]ert
Exhibeert declaratie van costen, versuecken(de) de selue per copiam aen(de) ged(aagd)e te
worden gejnsinueert, mit ordonnan(tien), om van huyden in 14 daghen, als wanneer
hy v(er)sueckt dat wederom genacht mach zijn, daer op te diminueren
oft bij foute van dijen dat deselue, naer rechts behoeren sullen worden getaxeert
getekent J. Haiften
[afb. 9230 links:]
Gedingh gehouden
den xxxj-en [sic: xxx] aprilis 1653
[niets vermeld]
Gedingh gehouden
den j-en october 1653
[niets vermeld]
Gedinge gehouden
den 15 aprilis 1654
Hendrick Bolten schepen alhyer compareren(de) voor een eers: gericht,
segt dat hy wittel(icken) heeft laten gedaegen, om alhijer voor een eers:
gericht, te co(m)men, Lenardt Snellen, presenteert aen een eers. ge-
richt req(ues)te jn schrifte, v(er)suecken(de) en(de) bidden(de) wye daerbij.
getekent Req(ues)te H. Bolten
Lenardt Snellen, compareren(de) en(de) gehoort hebben(de) t’voorss req(ues)te
v(er)sueckt daervan copije, om ten naesten daerop te seggen,
Gedinge gehalden
den 13-en maij 1654
Jo(nke)r Jelis van Haiften jn persone present, geassisteert mit zijnen
volm(echtige)r, beyde special(icken) gecompareert zijn(de), tot desen eijnde,
ouersulx van(de) selue speciale comparitie protesteren(de) wye oijck van(de)
costen, declareert, soo dat hij den 5 martij 1653
declaratie van costen geexhibeert heeft, dewelcke conform
d’ap(ost)ille daerop gestelt aen Gysbert Gijesen als gecom(dem)neerde
naer recht js geco(m)municeert worden, gelyck den bode deser justitie
sal hebben to relateren,
En(de) de wijele deselue Gysbert naer jnsumatie deselue de-
claratie wederom jnt gericht heeft gelevert, sonder daerop te
hebben willen of connen diminueren - versueckt dat jngevolgh der ord(el)en
daerop gestelt, tot behoorl(icken) taxatie derseluen sal worden geprocedeert
protesteren(de) alnoch wel expressel(icken) van allen onnoodige costen.
Gijsbert Gysen, tegens jo(nke)r Jelis van Haiften exhibeert zyne diminutie
ouer de declaratien van(de) costen – ve(r)sueckt wye daerbij
getekent Dim(inu)tie Gysen
[afb. 9230 rechts:]
Lenart Snellen copije genoten hebben(de) van(de) req(ues)te, soo Hen-
drick Bolten den 15 aprilis lestleden tegens hem rescribeert pre-
tenselick ouergegeuen heeft, segt dat alvoorens hij rescribeert
daer op bestendelick can antwoorden oft gehalden is te ant-
woorden, dat den supl(ican)t Henrick Bolten eersten operlacht sal
worden te exhiberen sijnen tytul, teweeten, sijne segel en(de) brijeff
vuijt cracht van(de) welcke hij die pensionen iss forderende, om dien
en(de) jn cas van weijgeronge versueckt op costen van ongelijcken
daerouer schepen decreet, en(de) copije van deses huijdiges daeghs
Hendrick Bolten v(er)scueckt copije vant v(oor)ss jnbrengen
Lenardt Janssen, erschijnen(de) jn recht tegens Derick Copmans als
man en(de) momber zyner huysfrauwen ged(aagd)e, sal ten naesten dijenen van zijn
nootdurft
Derick Copmans wacht en(de) waert.
Gedinge gehouden den
iij-en junij 1654
Henr(ick) Bolten erschijnt alhier in recht tegens Lenart
Snel en(de) versoickt alnoch gelijck hij bij sijn geexhi-
berde request opden 15-en april alhier ouergegeuen
versocht heft, versoick darop ordonnantie
en(de) affdoininghe
Lenart Jansen erschijnt in recht tegens Derijck Coop-
mans als mahn en(de) momboir sinder huisfrauwe
en(de) ouergeft sekere twee doccument tot voldoeninge
van sine leste presentatie versoick dat ged(aagde) darop
op huijden sal kennen ofte ontkennen, soe vuijt
versoick hier ouer schepen decreet, d’een docu-
ment geteickent maechgescheit l. en(de) dan-
der W. Jan:
Derijck Coopmans in qualiteijt als bouen versoickt
copije vandie comparitie en(de) d’ouergegeuene mach-
gescheit om daerop ten nasten seggen, en(de) tijt
[afb. 9231 links:]
Lenart Snel erschijnt in recht tegens Henr(ick)
Bolten versoickt vuijt stalt totten nasten,
Bolten accordert den versochten vuijtstelt
Gedinge gehalden
den 25 nouemb(er) 1654
Aenspraecke
Den landtscholtis Andrijs Schenck erschynt alhyer jn recht
jn naeme en(de) van wegen den weled(el)en gestr(eng)en heeren drossart, no(m)i(n)e officij
cleger tegens Michael Coopmans alsoyck als man en(de) momber sijner
huijsfrauwen en(de) Marije desselye schoondochter,
En(de) ouergeeft aensprake dewelcke hy ter goeder tijt jn handen
van(de) landtschrijver sal stellen.
Concludeert en(de) persisteert by den jnhalt derseluen
Michael Coopmans, wacht en(de) waert, op tgene dat van v(oor)ss heere drossart sal
jngedynt worden, om e(tceter)a - mits v(er)suecken(de) copije daervan
Depost jngelevert, getekent Aens: Coop:
Reden van vorst
Baltus Snellen, erschynt jn recht tegens den weled(el)en joncker Hans
Bertram van Berensou, en(de) geeft ouer zijne redenen van arrest,
jn somptis, en(de) v(er)soeckt dat den eers: gericht sal belieuen, de
selue te ouerlesen, en(de) dat de sake op huijden by sententie mach
affgedaen, en(de) jnde gearresteerde goederen ge(re)mmitteert worden.
getekent, reden B. Snellen
Marten Tomp, erschijnen(de), e[t] contra, v(er)sueckt copije van(de) ingedynde
redenen van(de) arrest en(de) by gevuechde documenten - om e(tceter)a
Arrestant, segt geene copije te consenteren, voor en(de) aleer dat hy van sijne volmacht
sal hebben doen blycken.
Depost
Den weled(el)en jo(nke)r Bernsouw jn persone present, gearrest(eer)de, v(er)sueckt
copije van(de) voorg(e)n(oemde) jngedynde redenen van(de) arrest en(de) by gevuechde documenten
om e(tceter)a en(de) beloift mede tegens ten naesten gerichtsdach oijck genoechsame
volmacht van zyne wele(del)en susters, onder potszueren vuijt te brengen.
[afb. 9231 rechts:]
Derick Coopmans erschynen(de) jn q(ualitei)t als vooren, tegens Lenart
Janssen, segt, dat zyne huysfrou hem voorge(noemde) Lenarden geene
schulde en(de) kent, noch gehouden te zijn, ouermits dat voorss
Lenart het erue jn zijne gebruijck, door sich seluen wederom aen-
gevoordt heeft, en(de) zynes voorss Derickx huijsfrou van haer ge-
bruijck daertegens de schuld gestelt heeft, en(de) segt daermede
te v(er)meijnen dat zyne huijsfrou nijet gehouden en sal sijn, de
tweehondert vijffen(de) twintich gulden, jn questie te betalen
Lenart Janss, v(er)sueckt copij deser rollem om e(tceter)a
Lenardt Snellen en(de) Hendrick Bolten, houden hunne sake voor
dese reijse jn state, op hope van accordt, totten naesten,
Gerichtsdach gehouden
den 16-en dece(m)b(er) 1654
De landtscholtiss jn naeme en(de) van wegen de sweled(ele) gestr(enge) heeren
drossarts, cleger, erschijnt alhyer tegens Michael Coopmans,
zijne huysfrou, en(de) dessen schoondochter Marije - ged(aagden)
Versueckt copye van hunne jn te dijenen antwoordt, en(de) bij
foute van dijen dat hy daer van v(er)steken sal worden.
Michel Coopmans erschynen(de) e(t) contra v(er)sueckt alnoch copije
De sake tusschen Derick Coopmans en(de) Leonart Janssen, wordt geconti-
nueert, tot den naesten e(tceter)a
Pelgrum als volm(echtige)r van jo(nke)r Philippus Engelberth vrijheer van Berensouw
ged(aagd)e, erschijnt jn recht tegens Baltus Snellen clegeren, en(de) leght
exceptioneel antwoort, schriftel(icken) jn, concludeert en(de) persisteert als
bij den jnhalt derselue, getekent, Except(ioneel) Berensouw
en(de) de volmachten, d’eener getekent A, d’andere B, de derde C
Baltus Snellen erschynen(de) e(t) contra - versueckt copije der exceptioneel antw(oort)
om e(tceter)a
[afb. 9232 links:]
Gedinge gehalden
den 16 febr(yarij). 1655
Den landtscholtis Schenck, jn naeme en(de) van wegen den weled(ele) geboren
heeren drossart, als mede voor hem selfs /: nomine officij :/ cleger.
Erschijnt alhyer jn recht tegens Michael Coopmanss, zijne huysfr(ouwe)
en(de) deselue dochter - versoeckt nochmaels als lestleden gerichtsdach
v(er)socht, exhibitie van antwoordt, en(de) copije desselfs.
Ende by foute van d’een of d’ander, v(er)sueckt daervan absolute
v(er)steken te zijn, ende dat de ged(aagd)e sttens gerichts jnde heijsch
van(de) ouer gegeuene aensprake gecomd(em)neert sullen worden,
cu(m) expensis e(tceter)a protesteren(de) andersins van ophalt en(de) weyge-
ronge van justitie.
Michael Coopmans erschijnen(de), e(t) contra, versueckt de sake opgehalden
te worden, om tusschen dit en(de) ten naesten, te staen, op hoepe van accordt,
den landscholtis jn q(ualitei)t als vooren, accepteert en(de) consenteert den v(er)sochten
vuijtstell, reserueert al doch jn alles, zyne goede rechten.
Baltus Snellen arrest(an)t erschijnen(de) tegens jo(nke)r Philips Engelborch
vrijheer van Berensouwe gearrest(eer)de, Dijent van zijnen nootdurft,
tegens ter lester genechten gearrest(eer)dens exceptionele antwoort jngedijnt,
jn schrifte, jn handen des landtschryvers, ouer te geuen, en(de) dat ter
goeder tijts tusschen dit en(de) ter jerste genechten,
Depost jngelevert, getekent Replijck Snellen
Henrick Bolten en(de) Leonardt Snellen, erschijnen(de) voor eers: gericht
v(er)claeren hunne sake jnder vrintschappen veraccordeert te hebben,
nemen derhaluen hunne sake van(de) rechten aff.
Lenert Janssen en(de) Derick Coopmanss, houden de sake jn state totten
naesten.
[afb. 9232 rechts:]
Gedinge gehalden
den 3-en martij 1655
Den landtscholtis alhyer special(icken) gecompareert zijn(de), jnde sake
tusschen de weled(elen) heer drossart en(de) Michael Coopmans en(de) sins
van de selue wittel(icken) te v(er)volgen, soo ist dat hem van(de) woled(el)e heere
js jngelevert sekere missiue, om de sake van(de rechten aff te nemen,
mitten voorbehalt nochtans, dat hy jerst en(de) voor all gehouden sal
sijn de amenden aen(de) scholtis te voldoen, en(de) gerichtel(icken) gerechticheyden,
onder welcke reseruatie de sake jn state wordt gehouden,
om bij foute van voldoeninge, daerjn volgens te doen, dat rechtens
js.
Baltus Snellen arrestant ende cleger inden saken tegens Philips
Engelbert, vrijheer van Berensouw ende ged(aagd)e, verblijft by zijne
redenen van arrest, en(de) noodige documenten, en(de) replycke aen desen
eers: gericht ouergegeuen, en(de) js daer mede sluijten(de) jndijen geen
nieuwicheijt voor en compt, mits dat de ged(aagd)e op huijden van
gelijcken sullen gehalden zijn te doen ende alsoo de ged(aagd)en den
voorigen gerichtsdach nijet en hefft gecompareert, en(de) nu desen
gerichtsdach oijck jn foute blijven(de) om te compareren, v(er)sueckt den
arrest(an)t en(de) cleger, dat hij ged(aagd)e versteken sal zijn van zijn rechte,
mits de voorige, en(de) deses huijdiges dachs costen te refunderen.
Volm(echtige)r van jo(nke)r Philips Engelbert van Berensouw, geeft te kennen
door sekere missiue aen(de) heere scholtis ophuyden too gehouden, dat hy
op gisteren jerst de copije der arrestanten replycke ontfangen
hadde, en(de) alsoo hem onmoegel(icken) ware, door sijne occupatien als
huijden daerop te dupliceren. Bidt dat t’selue totten toecomen(de)
gerichtsdach mach gediffereert worden.
Arrestant, v(oor)ss, versueckt dat gearrest(eer)de gehalden sal zijn de
costen van(de) retardatie te betaelen.
[afb. 9233 links:]
Derick Coopmans als man en(de) momber van zyner huijsfr(ouw) Jenneken
voor een eersam gericht compareren(de), tegens Lenart Janssen, presenteert
jn naeme zyner huijsfr(ouw) v(oor)ss aen(de) voorss Lenart Janssen verwaeringe te doen,
gel(icken) hy segt ter presentie van Baltus Snellen, Gerart Gijesen schepenen,
Johan Heldens en(de) Johan Custers als bloetsverwanten, gepresenteert
te hebben aen(de) v(oor)ss Lenarden, nae jnhalt des testaments de ver-
sochte verwaeringe te doen, op en(de) aen(de) goederen en(de) erffgronden,
welcke hij Lenart v(oor)ss aengevoert heeft.
Lenart Janssen, present, compareren(de) tegens Derick Coopmans in v(oor)ss oft
v(er)sueckt dat hij gehalden sal zijn, tvoorge(noemde) testament alhijer
voor een eers: gericht voor te brengen, en(de) dat een eers: gericht
tselue gevisiteert hebben(de), sal verclaeren en(de) erkennen, offt het
testament gemelt, bij een eers: gericht alhijer, voor goedt en(de) van
weerden gehalden wordt, oft nijet.
Gedinge gehalden
den 7-en aprilis 1655
De landtscholtis Schenck erschijnen(de) alhyer jn recht tegens
Michael Coopmans, zijne huijsfrou, en(de) dochter. Protesteert wel expressel(icken)
van zijne personele comp(aran)tie, tot desen eynde gedaen, waervoor den voorss
Michaels huijsfr(ouw) js geco(m)p(ar)eert voor hem landtscholtis en(de) Derick Coopmans
als schepen, onder behoorl(icken) handttastonge beloifte gedaen, die amenden
soe den duck ged(aagd)en scholtis souden competeren en(de) alle gerichtel(icken) oncosten
aengewandt, tusschen dit en(de) de veerthyen daghen te voldoen,
tot welcken eynde de sake tot daerentoe wordt opgehouden, om bij foute
van voldoendinge. e(tceter)a
Pelgrum als volm(echtige)r van(de) woled(elen) Philips Engelbert vrijheer
van Berenzouwe opp(onen)t en(de) ged(aagd)e, erschynt jn recht tegens Baltasar
Snellen cleger en(de) arrestant, en(de) legt zyne duplycke schriftel(icken)
jn, mit twee, daerby gevuechde documenten, onder copije autentycq(ue)
En(de) concluderen(de) jnde sake, nisi quid noui - getekent Berens: A en(de) B.
nota d’originelen zijn by partije gelicht
En(de) jndyen de cleger van jnsgel(icken) js doende, versueckt dat recht
en(de) justitie mach daerjnne geadministreert worden, naer behooren
cum expensis - De duplyck getekent Dupl(yck) Berens:
Baltus Snellen, tegens Philips Engelbert en(de) consorten, v(er)blyft by
zyne voor jngegeuen schriftueren, en(de) js oyck daer mede sluijten(de),
jndijen datter geene nieuwicheyt jngebrocht en zije, welcke nieuwichyt
jndyen jngebrocht zijn(de), v(er)suickt daervan copije – en(de) aengaen(de) de saken
van Michel Berchman en(de) Marten Tomp, dat jn dese geen plaetsen en sullen grijpen
deselue.
[afb. 9233 rechts:]
Lenardt Janssen present compareren(de), tegens Derick Coopmans
jn v(oor)ss q(ualitei)t, versueckt nochmaels als voor desen ten lesten gerichts
dach v(er)socht js, off het gemelte testament een eers: ge-
richt, van weerden houdt oft nijet, en(de) jngevalle van geene
weerden gehalden te worden, dat alsdan de voorss Coopmans jn
qual(itei)t voorss gehalden zal zijn voor der burgen te stellen,
oft de penn(ongen) vuijt te richten, oft den jnterest daervan te geuen,
daerop ordonnantie v(er)suecken(de).
Coopmans v(oor)ss, v(er)sueckt jnsgel(icken) daerouer schepenen ordonnantie
en(de) tot desen eynde het gemelte testament exhiberen(de)
getekent Test(ament) Coop:
Decrete
Die drije schepenen alwyle als ongesuspecteert zijn(de), en(de) eenen schepen, binnen
ter lester gehoudener genachten affgestoruen en(de) de andere gesuspecteert
worden(de), jnde sake Lenardt Janssen eener en(de) Derick Coopmans jn q(ualitei)t
als by de acten - Gesien de sustinuen en(de) beyder zydts allegatien en(de)
versuecken, ordonneren, aleer dat zy voorss drije schepenen, ouer het
v(er)sueck ten weder zydts sullen erkennen dat den landtscholtis, ten v(er)suecke
van beyder partijen, de bancke compleet sal maken mit ongesuspec-
teerde schepenen, om alsdan daer jn te mogen erkent en(de) geordonneert
te worden, naer behooren. Aldus gedaen den 7-en aprilis 1655
Gedinge gehalden
de 28 aprilis 1655
Baltus Snellen arrest(an)t, erchijnen(de) tegens den woled(el)e Philips Engelbert
vrijheer van Berensouw opp(onen)t en(de) consorten ged(aagd)e, repeteren(de) alle zijne
voor desen jngebrochte acten en(de) soo schriftel(icken) als mondelingen handelen opte
rollen aengetekent, versueckt daerouer jnde sake recht gedaen
te worden, en(de) jnden naeme des heeren der schepenen vonniss e(tceter)a
Segt aengaen(de) die by jngebrochte documenten van Michel Berchmans en(de)
Marten Tomp, dese saecke nijet aen te gaen, en(de) can naerderhant
jnder gueden oft by schepen decreet oft andersins, vergeleken worden, wije
daerjn t’recht van preferentie sal hebben.
Den landtscholtis vermaant den schepenen tot affdoeninge van(de) sake van jo(nke)r
Berensouw z(a)l(iger) en(de) Baltus Snellen
De schepenen mits d’absentie van(de) Berensouw en(de) eenen affgestoruen, en(de) den
anderen de sake js mede aengaan(de), zijn van geene meynonge sonder partyen presente
en(de) complement van(de) bancke, op huijden jnde sake bewyesen,
Den arrest(an)t protesteert expresse van(de) costen va(n) retardatien, die ouermits het vuijt-
blyven van zijn tegenpartije ged(aagd)en, jn desen op huyden gecauseert worden.
[afb. 9234 links:]
Derick Coopmans jn q(ualitei)t als man en(de) momber zyner huijsfrouwen Jenneken
Heldens ged(aagd)e erschijnen(de) tegens Lenart Janssen cleger
exhibeert req(ues)te v(er)suecken(de) wije daerbij.
getekent Req(ues)te Coop.
Den landtscholtis nempt jn kenniss dat Lenart Janssen Dericken
Coopmans, als mede schepen van desen gericht, mit dese woorden geseijt
heeft, Ghy seght velen wille daeraen, twelck mit duitsche woorden
geseijt js. Ghy lieght dat. Versueckt derhaluen dat Lenart
Jansen ouer het seggen van t’gene v(oor)ss hem landtscholtis jnden guede
sal voldoen de mede daertoe staende, hyer ouer zijne v(er)cla-
ringe v(er)suecken(de) ofte bij foute van dijen, der schepenen decreet,
Lenart Jansen present v(er)sueckt copije van(de) req(ues)te en(de) jnbrengen
sijner tegepartijen om e(tceter)a
Decreet
Die schepenen, opt v(er)soeck van Derick Coopmans jn q(ualitei)t als by de
acten en(de) Lenart Jansen, e(t) contra, accorderen den voorss Lenarden
de v(er)sochte copije der req(ues)t, En soo veel t voorder versueck aengaet,
jnde wederzydts, jn herren alsoo jnsgel(icken) hunne decrete
van(de) 7-en aprilis lestleden, om ten eynde de bancke compleet
gemaeckt zijn(de), jnde sake te wijsen en(de) ordonneren naer rechts be-
hooren, Aldus gedaen de 28 aprilis 1655
Gedinge gehalden
den 9-en junij 1655
Baltus Snellen arrestant en(de) cleger erschijnt jn recht
tegens den woled(elen) Philips Engelbert ende consorten
verblijft bij sijne vorige jngedyende schriften en(de) opde rolle
gedaen, en(de) segt soo wel aenlangt die vercoopinge vanden
hoff het legh les js het eers: gericht alhyer kenness
genoech jn wat vuegen de hoff vercocht js worden, alsoo
dat den cleger heller noch penninck daervan ontfangen
heeft, dat hij cleger daervan rekenonge en kan noch en beloift
te doen, ende versueckt nochmaelen vonniss jnde naem
des heeren.
[afb. 9234 rechts:]
Lenardt Janssen als aenleg(g)er compareert voor desen eers.
gericht tegens Derick Coopmans als man en(de) momber syne
huijsfrouwen Jenneken, ged(aagd)en jnsisteert de rolle en(de)
den respectiuen decreet vande lesten gerichtdage dijenvolgens
v(er)soecken(de) op huijden affdoeninge van desen debat.
Daertoe tot motijffs en(de) jnstructie der schepenen rela-
teren(de), jerstel(icken) den vrindelicken maeghgescheydt tusschen
den v(oor)ss aaenl(egge)re, en(de) Jaecq(u)e Thoniskens sijnen swager ge-
houden opten 26 febr(uar)ij, a(nn)o 1643 - alhyer gerecht geexhi-
beert, waerby den aenleggeren, tot equivalent ofte
effen weerdichteijt van des v(oor)ss Jaecques parcele, den aenl(egge)re
bij t’lot van zijn kindts gedeylte sijn worden toegelacht 225 gulden
dewelcke hy facto jure, pretendiert als deselue hem acce-
pterende,
Dat daer en tegens party aduers, sustineert, dat jngevolger
den testamente, bij den voorss Jacop Thoniskens gemaekt, op
den 12 febr(uar)ij 1651 oijck jn recht geexhibeert, de macht
soude gegeuen zijn, om het erfftael te besweren tot vol-
doeninge der crediteuren
Hoe sulx bestendelicken wyse can oft mach geschieden
leert ons de reform: bij haeren text pag 173 art 3o
dewelcke sulcke testamenten vuijtdruckel(icken) is annuleren(de).
En(de) oft desen testament quo ad formam, naer de maniere
van landtrechten, js worden gemaekt refereert men sich aen
de testen respectiue jn reform: pag 175 art
1 en(de) 2.
Dat man en(de) vrou, bij leuen(de) lijve, eenige bekentenisse,
contracten oft handelingen, en(de) giften, bestedige wyse hebben
connen maecken tot voordeel van hun oft van hunne erffgenamen
wordt expresse, bij onse landtrecht verboden, en(de) van geener
weerden ercleert. Reform: pag. 21 en(de) art 21.
Mits welcke redenen, den aenl(egge)r den v(oor)ss testament en(de) de hande-
linge daerbij gedaen, als van geener weerden repugneren(de), js ge[.....]-
dinght geweest, te sustineren, gel(icken) hy voor desen heeft gedaen
tot voldoeninge van zijn kijndtsgetijlte, ter som(m)en ad 225 g(u)l(den)
als vooren,
[afb. 9235 links:]
dat den aanleg(g)er den percele van erff, twelck
zijnen swager Jacob Thoniskens bij lott ten deele was
v(er)bleuen /: en(de) bij mangel van wittich oir oft kijnderen
ab jntestato ten deele opten v(oor)ss aanl(egge)ren en(de) andere
mede erffgen(amen), js v(er)vallen, jn zijnen tegenwoordigen
gebruijck is hebben(de) :/ moet worden v(er)staen, dat hij die
als een wettich onderpandt js genieten(de), tot syner voldoe-
ninge toe, v(er)claeren(de) daermede te vreden sullen
wesen, jndijen de ged(aagd)e, hem tselue erffe, voor allen
anderen willen bevrijden.
Oft suisten moet te vrede wesen, mit zijne 225 gulden
die hem soude mogen competeren dat vuijt
daermede concluderen(de) versueckt nochmaels als vooren
affdoeninge, van desen jncident, daertoe hen totte
decreet als vooren refereren(de).
Derick Coopmans als man en(de) momber sijner huisfr(ouw)
erschijnen(de), jn recht tegens Lenart Janssen, segt dat
Jaecq(u)e Theuniskens de erffschap oft keijndtgedeelt by
scheydinge en(de) deylonge gepasseert, Lenardten wederom ge-
laten heeft jn sijnen leuenden lyve, en(de) Lenart met
syner doot aengevangen heeft, en(de) noch is gemitter(ende), tot de
225 g(ulden) daermede voldaen te zijn, daerop presenteert
Jenneken, voor desen gewesene huijsvrou van Jaecq(u)e Thoniskens
haeren eedt te doen, stellen(de) alles tot decrete des
eers. gerichts, om affgedaen te worden, cum expensis
e(tceter)a
Lenart Janssen e(t) contra, debatteert by espress ontken-
nen t’geallegeerde ex aduerso gedaen, persisteert als
vooren, sonder eenichsins te gedencken, dat de presentatie
van eede ex aduerso, hem eenichsins naedelich can wesen,
desfals hem tot verneren bewys beroepen(de), persisteert
by den voorigen v(er)sochten decreet, mit eysch en(de) affdracht
van costen
[afb. 9235 rechts:]
Vonnisse
Die schepenen des gerichts Bree geassisteert mit
twee vuijtheijmse schepenen des gerichts Baerlo, als
daertoe specialicken gesurrogeert zijn(de), Jnde saecke
tusschen Baltazar Snellen arrestant en(de) aenlegger eener
en(de) den woledelen Philips Engelbert vrijheer van Be-
rensouwe, mit zijne consorten gearresteerde en(de) ged(aagd)e ter
andere zijden. Gesien de redenen van(de) arrest en(de)
conclusie daerbij genoemen, mit bygevuechde docu-
menten, exceptionele antwoorde, replyck duplyck,
alle jngedijende ten wederzydts schijnen en(de) gehoudene rollen,
deselue ouermerckt, en(de) op allen geleth, daerjnne recht doen(de).
Wijsen en(de) erkennen den voorg(enoemd)en arrestant en(de) aenlegger jn
zijne arrest, en(de) redenen desselfs, mit de conclusie daerbij
genoemen gefundeert te zijn, en(de) daerom(m)e den gemelten heeren
gearresteerde en(de) consorten ged(aagd)e jn hunne defensie nijet
ontfanckbaer, ordonneren(de) mede, dat den arrestant
zijne verhael van(de) eijsch en(de) gevoorderde schulde sal mogen
suecken en(de) nemen op des heeren gearres(teer)de en(de) consorten erff-
guederen jn desen kerspel Bree gelegen, dewelcke de voorss
gearresteerde mit sijne consorten al wijle noch jnt besit
en(de) gebruijck hebben, mits refusie en(de) affdracht aen(de) arre-
stent te doen van alle costen, schaeden en(de) jnteressen, aldus
gedaen den 9-en junij a(nn)o 1655
[afb. 9236 links:]
Vonnisse
Die drije ongesuspecteerde schepenen des gerichts
Bree, geassisteert mit twee vuijtheymse schepenen
des gerichts Baerlo, als daertoe special(icken) gesurrogeert
zijn(de), jnde sake tusschen Lenart Janssen aenlegger
eener, en(de) Derick Coopmans als man en(de) momber zijner
huijsfrouwen Jenneken Heldens, verweerderse anderer zyden,
Gesien de jngedyende ten beyder zydts acten en(de) acti-
taten, documenten, en(de) gehoudene rollen, deselue ouer-
merckt, en(de) op alleth geleth, daer jnne recht doende,
Wijsen en(de) verclaeren, dat de verweerder jn qual(itei)t, als voorss
gehalden sal zijn, den aenlegger op te leggen en(de) te betalen de
gemelte 225 gulden jn questie, oft andersins de aen-
aenleggere [sic] versekeringe en(de) broghe gerichtel(icken) te stellen, dat
aenlegger de erffguederen, welcke hy tot syn gebruijck
heeft aengevoerdt, erffelicken sonder eenige jndrachten, soo
jn toecomen(de) tijden, hem en(de) zijnen eruen aengedaen mochten worden,
sullen mogen behalden en(de) besitten, de gedaene gerichts-
costen, om redenen compenseren(de), Aldus gedaen den 9-en junij
a(nn)o 1655
Lenart Janssen v(er)sueckt copij
[afb. 9236 rechts:]
Gedingh gehouden
den 23-en junij 1655
[niets vermeld]
Gedinge gehalden
den 13-en octob(er) 1655
Aensprake mit reden van arrest
Jacob Kerst Linssen soon arrestant, erschijnt jn recht
tegens Johan Smits als borghe voor Johan Ramekes gearrest(eer)de
dijent van zijne redenen van arrest, allet jnhalts derselue
getekent Red(en) K. Linsen
#
Johan Smits als borge, v(er)sueckt copije der exhibitien
Den landtscholtis jn persone present, geeft aen desen eers: gericht te
kennen, welcker gestalt sekere jnwooner van Nederweerth mit naemen
Jacob Luijten, hem heeft v(er)socht, op huyden desen dage te willen jnstellen,
den gerichtsdach, om mit middelen van rechten sekere personen te dwingen
tot betaelinge van eenige scholt, te weten de huijsfr(ouw) van Michel Coop-
mans, de welcken req(ues)t alhijer jnden huijse present zijnde, geene com-
paritie en heeft gehouden noch voor desen gerichte erschenen, gelijck oijck nijet
de ged(aagd)e,
Daerbeneffens heeft Johan Symons insgel(icken) Werners Lenarts
op huijden aent gericht doen daghen, oyck beyde alhijer jnde huijse
present zijn(de), oijck t’gericht moetwillige wijse v(er)smaet, en(de) nijet
gecompareert.
Daerbeneffens, heeft Gerart Bolten op huijden alhyer doen gedaeghen
Peter Henniss, en(de) Lins Bitzen, oijck mit den ged(aagd)ens alhyer jnden
huijse present zijn(de), en(de) nijet gecompareert.
En(de) alsulcke missachtonge van justitie nijet en behoort getollereert
te worden, particulierlick den landtscholtis, de schepenen, landtschryver,
en(de) bode tot dyen eynde op huijden gecompareert zijn, soo v(er)sueckt
en(de) concludert den landtscholtis, dat deselue personen voor hunne
ongehoorsamheijt een yder jnt particulier sullen gecondemneert worden
jn eenen golt gulden, en(de) jnde costen, van(de) comparitien, op huijden
aent gericht v(er)schult, hijer ouer vuijtsprake versueckende,
# Alsoo dese aensprake conform d’ord(onan)te van(de) houe geemaniert, nijet be-
hoorl(icken) en js gejntituliert, soo v(er)sueckt de landtscholtis, dat den seluen cleger
sal gehalden zijn de boeten daerby gestelt ad 3 gulden b(ra)b(ants) terstont te voldoen
[afb. 9237 links:]
Gedinge gehalden
de 24-en novemb(er). 1655
Aensprake en(de) requeste
Derick Coopmans erschynen(de) jn recht tegens
Lenardt Janssen ged(aagd)en, dijent van schriftel(icken) aensprake en(de)
requeste, mit bij gevuechde acte van coopcedule, en(de) mede
een acte van obligatie. Versuecken(de) en(de) sustineren(de) als by de
selue. D’aensprake getekent Aens: D. Coop(mans)
de coopcedule getek(ent) Coopced(ule)
de obligatie getekent Oblig(atie) Coop(mans)
Lenardt Janssen, erschijnen(de) tegens Derick Coopmanss, versueckt
copije der aensprake en(de) jngedijnde acten om e(tceter)a. Mits desen seggen(de)
t’gene bewijsel(icken) hem ged(aagd)e toestaen(de) te betalen, daerrjn willich te sijn,
selue cortinge nochtans tgene hem ged(aagd)e toe sal staen te costen, gelyck
sulx de copie genoten hebben(de), den ged(aagd)e jn zijne opte ouer te gevene aentwort
meerder naerder sal deduceren, twelck hy ged(aagd)e mits desen expressel(icken) js
voorbehalden.
Aensprake]
Peter aengen Dijck, cleger, erschijnen(de) tegens Gaert den sone vanden
gerichtsbode van Breij ged(aagd)e, dijent daertegens van aen-
spraecke eijsch en(de) conclusie, jnhalts der selue concluderen(de)
getekent Aenspr(aeck) Dijck
Gaert Janssen, onschuldige beclaechde, erschynt jn rechte
tegens Peter aengen Dijck, en(de) gesint copiam van(de) ouergegevene
aenspraecke, exceptionibus quibuscumq(ue) saluis, onder
presse protestatie, dat hy hem jndesen onderworpen casus. Jn
rechte, nijet wijders en gedenckt jn te laten, dan hy naer recht
en(de) redenen v(er)plicht, en(de) gehouden js, reserueren(de) tegens den
cleger, alle nootdurfticheijt rechtens, dess en(de) gelijcken zijnen
raedt verner sal gedraegen. Mits desen v(er)suecken(de), dat de copije
der aenclachte als huyden jn iuditie voergegeuen, den becl(aeg)de
ofte ged(aegd)e, tydel(icken) in handen mogen gestelt worden, om jn tijde
sonder versnellinge of praecipitatie daerop te dyenen van ant-
wort, zijne v(er)sochte exceptie voorbehalden.
[afb. 9237 rechts:]
Gedinge gehalden
den 15-en decemb(er). 1655
Comparee(rden) Lenardt Janssen ged(aagd)e en(de) excipiert tegens den h.
Coopmans aenl(egge)r exhibeert hijermede antwoort jn exceptione,
sustineren(de) en(de) contenderen(de) als by den jnhondt derselue,
en(de) v(er)sueckt dat conformel(icken) onsen landtrecht pag 316 a(rticul)o 1o
opt spoedichst dese exceptie als ouer eene gevonnisde sake sal
worden affgedaen,
getekent Ant(woort) Except(ione)
Derick Coopmans, erschijnen(de), gesint copije om e(tceter)a
Gaert Janssen ged(aagd)e, compareren(de) tegens Peter aen gen Dijck
cleger, dijent van antwoordt, die hij tusschen dit en(de) ten naesten
jn handen des landtschryvers sal leueren, om e(tceter)a
Peter aengen Dijck repeteert en(de) persisteert by zyn ouer gegeuene aensprake susti-
neert, dat op huyden den ged(aagd)e precisel(icken) schuldich js te dienen van antwoort, andersins
protesteert den cleger, en(de) eyscht de costen van verleth en(de) by jndijeninge ver-
sueckt daervan copije, van ten naest volgen(de) daertegens te doen, e(tceter)a
Aenspraecke
Andrijs Schenck scholtiss des landts Kessel erschynt alhijer jn recht als
cleger, tegens Thonis Saijen, Pouwels Bitzen, Nelis Bolten, Gerit
Gijsen, Willem Sijmons beyde sonen, en(de) consorten ged(aagd)en
Om synes clegers eijsch en(de) conclusie beswarlicke wijse te f[...]d[...]
Segt onder alle gewaeult protestatien benefinen en(de) middelen van rechten, soe
t’gene js volgen(de),
Aenfenckel(icken) en(de) ten 1-en jst waerachtich, dat lestleden sondach voor
thoochtijt van hochmisse, die voorss ged(aagd)e jnt gelaech bij Michel Coopmans
alhyer, hebben gedroncken.
Ten 2-en js oyck waer dat jnt v(oor)ss huijss zyn geco(m)men, Johan den Bodes sone
Johan en(de) Willem Willem Faessen sone, hebben v(er)socht om voor hun gelt te willen
byer tappen, gel(icken) dijenvolgens zij eenen blaumuijsters aen(de) paer wesen(de) de tijt
den weerdt van(de) tgeleden, gel(icken) hy hun oyck heeft toegestendicht en(de) getapt
[afb. 9238 links:]
Ten 3-en js oyck waerachtich, dat die ged(aagd)en hun nijet
ontsien en hebben, maer moetwillige wijse laten gelusten, en(de) tlicht
vuijt te slaen, en(de) malcanderen jnt hoijer getvallen, dat
Pouwels Bitzen 3 oft 4 wonden opt hoofft heeft ontfangen
en(de) des voorss boden sone eenen snede opte handt en(de) jn zynen duijme
gelijck den heer cleger by ontkennen, presenteert den rechten genoich
zijn(de), te bewysen.
En(de) gemerkt sulcke groote moetwil jn lande van justitie
ongestraft nijet en behoort getollerereert te worden,
heeft de selue ged(aagd)e jn der vryntschappen totte amende daertoe
staen(de) doen aenmaenen, doch alles te v(er)geefs.
Js derhaluen de cleger genootdrongen tot voorstadt en(de) h[eren] justitie
de ged(aagd)en op huijden voor recht te doen roepen, ten eynde sy
onderhun de dader te voorschijn sullen brengen op huyden.
Oft bij foute van dijen, dat een yder, die sich nijet wettel(icken)
en can ontschuldigen, gecond(em)neert sal worden jnde amende van
yder wonde eenen golt gu(lden)
En(de) dat op huyden citeren(de) tot dijen eijnde onse reformatie pag:
317 a(rticul)e 3-en 4-e j(uncto) pag. 310 a(rticul)e 4-e ofte andersins soo
en(de) gel(icken) een eers: gericht naer geschapentheijt der saken, eydts
en(de) justitie haluen sullen bevinden te behooren.
Maken(de) wel expressen eijsch van costen en schade soo gedaen als gedaen
te worden.
Doch soo zij consorten, d’een tegen d’anderen mit recht hun willen
verdedigen, wordt hun mits desen geaccordeert, tselue tegens d’een
en(de) den anderen te doen.
Refereeren(de) doch jn alles den int eerste, soo zijnen mat hyer jn gelegen
mochten zijn, suo loco et tempore e(tceter)a
Johan Custers ged(aagd)e erschynt jn recht ged(aagd)e, tegens den landtscholtis
cleger, segt dat hy getuijgh sal brengen, dat hy ged(aagd)e mit het crackeel
jn questie, nijet te doen en heeft, #
De landtscholtis accordeert de v(er)sochte spurge mits betalen(de) de costen, daerop
geresen.
Thonis Saijen erschynen(de) als ged(aagd)e, segt dat hy daer blyck van bringen
sal, dat hy mitten ccrackeel jn questie nijet te doen en heeft,
de landstcholtis accord(ee)rt tselue mits dat tselue sal geschieden
naer rechts behoren
Jacob Willem Symons soon co(m)pareren(de), v(er)sueckt dat hem geen wyder costen en mogen
aengedaen worden, presenteert ten naesten syn bewys van onschult voor te brengen,
##
[afb. 9238 rechts:]
#
Den landtscholtis geexamineert hebben(de) de present van Marij Claess Custers
tot ontlastonge van Johan Custers, relaxen den selue van(de) gedaende
clacht mit reserue, dat hy voldoen sal de costen op huyden, voor soo wel
syne persone, aen gewonde, sal voldoen.
##
Johan Peter Heijlen knecht, segt en(de) presenteert ten naesten
blyck te brengen, dat hy jnde sake jn questie onschuldich js,
Gedinge gehalden
den 9-en febr(uari)j 1656
Den landtscholtiss erschynt alhyer jn recht tegens Thonis Saijen
Pouwels Bitzen en(de) consorten, en(de) tot verificatie, van zyne lestlede
gedaene aensprake en(de) daerbij genoemene conclusie. Exhibeert tot dijen
eynde de jnformationen daerouer genoemen. Versueckt jngevolgh
van(de) geciteerde texten der reformatien dat op huyden daer jn recht gedaen
sal worden, protesteren(de) andersins, de nergatu justitia mit reser-
uatie nochtans de ghene soo hun wittel(icken) connen onschuldigen dat
deselue van(de) actie sullen worden gerelaxeert, naer de gedaene purge
mits betaelen(de) de costen alberijts daerjn aengewendt
de jnformatie getekent. Jnf(ormatie) Landtsch(oltis)
Jacob Sijmonss present heeft sich gepurgeert, mit 2 gelooffwerdige getuijgen
wordt alsoo van(de) aensprake gerelaxeert, mits betalen(de) de gerichts costen daerop
geloopen
Thonis Saijen compareren(de) alhyer voor een eers: gericht, en(de) tot ontlastinge
van des landtscholtiss gedaenen eijsch sisteert alhijer Thonis Segers, den
welcken by main waerheijt v(er)claert dat den v(oor)ss Saijen, nijet jnt slaen en ware
geweest, doch hij tlicht heeft vuijtgeslagen, gelijck oijck v(er)claert
den persone van Willem Custers, dat hy gesien hedde dat voorss Saijen het
licht hedde vuijtgeslagen, doch off hy Sayen jnt vechten mede handtplich-
tich ware geweest, ware hem onbekent
Den landtscholtis gehoort hebben(de) d’vermeijnte excusen, by Thonis Sayen,
debatteert de selue, en(de) segt d’onschuldt ongefundeert te zijn, doch remitteert
tselue tot erkententiss van een eers: gericht, maken(de) doch eijsch van costen e(tceter)a
mits door t vuijtslaen van tlicht den ged(aagd)en causa mouens js geweest van het
gevecht jn questie persisteert ouersulx als voor.
Cornelis Bolten present heeft zyne onschult wittel(icken) voorgebracht, wordt alsoo
van(de) landtscholtis gerelaxeert, voorbehalden dat hij de gerichts costen sal betalen.
Jan Peter Heylen knecht wittel(icken) van(de) gedaene landtscholtiss clacht gepurgert
heeft, wordt den seluen daervan ontslagen mits betalen(de) de costen voor de gedaene epou-
satie aengewandt
[afb. 9239 links:]
Gaert Janssen cleger en(de) Peter aengen Dijck g(edaagde) hebben hunne sake jnder
vryntschappen geaccordeert eijschen hun derhaluen van(de) rechten aff e(tceter)a
Derick Coopmans en(de) Lenardt Janssen nemen hunne sake vuijtten
rechten, mitseynen dat Lenart sal voldoen aen Coopmans den jnhalt
van(de) obligatie en(de) segel en(de) brijve staen(de) tot goeder rekenonge; en(de) de
costen jn dese sake geresen, stellen de selue, tot erkentenisse, van goeder
mannen, ter beyder zydts daer toe te kiesen.
Decrete
Die schepenen gesien des landtscholtissen aensprake en(de) conclusie daerbij
genoemen, tegens Thonis Saijen, Pouwels Bitsen en(de) consorten ged(aagd)en
en(de) jngel(icken) gesien, dat sich eenige van(de) ged(aagd)en en(de) consorten, van(de) sake
geexcuseert hebben, en(de) gepurgeert, soo verclaeren sij schepenen,
dat de ghenige welcke sich nijet gepurgeert is hebben, mitten
landtscholtis sullen van wegen de breucken veraccorderen.
Mits betalen(de) aen ijder aengeclaegde de opgelopene costen, tot de
purge too, van(de) 1-en gerichtsdach, en(de) d’andere als op huijden hun
jerstel(icken) op huijden gepurgeert hebben, te betalen de costen van(de)
desen gerichtsdach daerop geloopen zijn(de), aldus gedaen den 9-en febr(uari)j
a(nn)o 1656 de gerichtscosten op ijder persone by d’informatien ervintel(icken)
getaxeert zijn(de) by de schepenen ad 3 g(ulden) 6 st(uiver) b(ra)b(ants)
Gedinge gehalden
den 15-en martij 1656
[niets vermeld]
Gedinge gehouden den
5-en april 1656
Peter Smits erschijnt alhier in recht als
cleger tegens Gart Schreurs als ge(daagde) ouergeft
teger scriftuir in plats van aenspraek versoickt
als bij het selue ./.
Geteickent P. Smits
Gart Schreurs erschijnt contra en(de) verclaert
bij ede dat hij deser tijt nijt en weet war toe
het versochte en(de) gevordende testament is gecomen
noch en weet oijck nijt wat het is, oijck dat
hij het selue nijt ter quader trouwen en heft ver-
biecht noch door hem selfft noch door jemans
anders laten verbrengen, verclart ouersulcx
[afb. 9239 rechts:]
den voorss ge(daagde) Gardt. Jnval het selue testament
in toecoemende tijden noch gevonden mocht
worden dat hij daerop renouceert gelijck hij inde
desen is donde, en(de) het selue int geheele is aefgaen(de)
en(de) te nijt donde ./. dan hem houdende by het testa-
met op gericht int jair 1654 den 5 febr(uarii).
Gedinge gehalden
den 10-en marij 1656
Aenspraeck in schriftel(icken) comp(er)itie als volgt
Peter Smits verschijnt sich jn recht tegen Gaert Schroijrs
bedaeger zijnde met zijn testament, door den gerichtsbode
van Breij, welck testament van de eers: gericht sal ge-
visiteert worden seggende den voorss testament nijet
van weerden en sal gehalden worden, welck nijet mit manier(en)
van rechten gemaeckt en is, volgens den claeren text
van de reformatie jn ar(ticu)lo 171 verwachtende
hijer ordonantie van der eersame gericht aldus den 9 maij
1656
Gaert Schroijrss, erschijnen(de) e(t) contra v(er)sueckt copije e(tceter)a
Gedinge gehouden
den 24-en maij 1656
Gardt Schreurs erschijnt alhier in recht tege(n)s
Peter Smits en(de) ouergeeft sine comparitie bij
geschrift persistert als bij den jnhalt derselue
Geteickent C(omparitie) G.
Peter Smits als man en(de) momboir van sine huis-
frouwe cleger seght [.....] gehadt hebben(de)
van het ouergeuen van wederpartije, op huiden getei-
kent seght den inhalt desselfts bij notore en(de) onge-
fondeertheijt te reiecteren want oft wel hij op
lestleden gerichtsdagh gene formeele aenclagt
ouergegeuen, is sulcx geschiet om alle onnodige
[afb. 9240 links:]
costen van wederpartijen voorte comen
en(de) alsoo die geheele substantie van diese
sake is dependeren(de) aendie validiteijt ofte
invalijditeijt van het opgerichte testa-
met bij Jan Schreurs, tot welcken einde
den voorss cleger Jan Schreurs heft doin
daegen mit expres beuel syn testament
bij desen eersame gericht ouer te geuen
om ouer die validiteijt en(de) invaliditeijt
erkent te worden, en(de) alsoe tselue testament
bij partije nijt en is geexhibeert, is oversulcx
v(er)bleuen, mits concluderen(de) dat bij foute van
partije aduers die fout is geschiet en(de) nijt
bijden cleger soe en can hij oijck nijt nar
rechten in enige costen gecondamneert
worden, en(de) sonder preiuditie van den dint
den cleger sine redenen van verbodt in
scriptis mit een document darbij
gevuigt concluderen(de) als darbij,
Geteickent P. Heil
Gart Schreurs versoickt copije ./. en(de) condem-
natie vandie vorige gerichtsdages costen
volgens sine vorige sustenuwe ./. hierop
op huiden decreet v(er)erwachten(de)
Decreet
Die schepen(en) insake van Gart Schreu[r]s tegens
Peter Smits, houden tselue op tot vuijt-
dracht vandie sake actum den 24-en maij 1656
[afb. 9240 rechts:]
Gedinge gehalden
den 12 julij 1656
Gaert Schroijrss ged(aagd)e, erschijnt hem jn rechte tegens Peeter
Smits q[ualitate] q[ua] cleger, en(de) exhibeert tegens den seluen zijne ant-
woort jn scriptis, concluderen(de) en(de) contenderen(de) als naer jnhalt
van(de) selue,
Getekent, Antw[ort]: Schroijrs
Peter Smits jn q(ualitei)t als by de acten, exceptionibus quibuscumq(ue)
saluis ,gesint copiam van jngedynde antwoort, mitsgaders ver-
sueckt van gelycken, dat den ged(aagd)en, als zijn(de), onder dese jurisdictie
nijet geerfft noch geguedt, alvoorens jn dese sake voorts te varen,
gehalden sal zijn, jn conformiteijt van onse stadt en(de) landrechten
pag. 312 ar(ticul)e 1-en sal cautie en(de) borge te stellen voor het gewijsde, om tselue
geschiet en(de) nijet eerder, neempt aen to dijnen van replycke,
Ged(aagd)e v(oor)ss versueckt copije der rolle v(oor)ss(chrev)en
Jen Werten ofte Coopmans compareren(de) alhier voor
een eersam gericht, geuende te kennen dat hij ter goider
tijt doorden gerichtsbade alhier aen recht hedde doin
gedaegen Peeterken Werten voor een som[m]e piennon-
gen van hondert g(ulden) soe die ge(daagde) aen hair ten achteren
en(de) deuchdelick schuldich weere, van sekere aenge-
cofte ofte beschudde erft, Jtem om te meugen
becomen copije van sekere opgerichte testamenten
bij Gritgen Werten opgericht, en(de) alsoe dieselue ge(daagde)
nit en compareert en(de) stilswigende die geheiste
hondert g(ulden) gestendicht, soe versoickt sij clegere
dat die ge(daagde) op huiden sittens gericht inden eijsch
sal gecondamneert sal worden, mede dat hair
op haire costen copije van het testament
mede gedeelt sal worden, oft andersints conclude-
rerende soe en(de) een eersam gerichts eits haluen sullen ge(daagde)
beinden te behooren macken(de) mede eijsch van costen
versuicken ophuiden hierouer decreet oft ordonan-
tie ./.